Grip
Grip, het woord roept dubbele gevoelens bij me op. Aan de ene kant lijkt het op controle en daar verzet ik me doorgaans als vanzelf tegen omdat ik eigenlijk vind dat wij mensen al meer dan genoeg controle proberen te krijgen over elkaar en de wereld.
Aan de andere kant is een beetje grip op jezelf, de keuzes die je maakt, de dingen die je zegt, behoorlijk prettig. En zou het niet goed zijn als iedereen zou leren om zelf aan het stuur te zitten? Want, zoals ik vaak tegen kinderen zeg: als jij niet stuurt, wie dan wel?
Grip door ontwikkelen executieve functies
De auteurs van het boek 'Slim, maar...' onderscheiden 11 vaardigheden die ook wel executieve functies worden genoemd:
Respons-inhibitie: denken voordat je doet
Werkgeheugen: informatie in je geheugen houden bij uitvoeren van complexe taken
Emotieregulatie: emoties reguleren om doelen te behalen of gedrag te controleren
Volgehouden aandacht: aandachtig blijven, ondanks afleiding
Taakinitiatie: op tijd en efficiënt aan taak beginnen
Planning/prioritering: een plan maken en beslissen wat belangrijk is
Organisatie: informatie en materialen ordenen
Timemanagement: tijd inschatten, verdelen en deadlines halen
Doelgericht gedrag: doelen formuleren en realiseren zonder je te laten afschrikken
Flexibiliteit: flexibel omgaan met verandering en tegenslag
Metacognitie: een stapje terug doen om jezelf en de situatie te overzien en te evalueren
In executieve vaardigheden kun je beter worden
Het zijn deze vaardigheden die bij onvoldoende ontwikkeling zorgen voor een tekort aan grip waardoor het kind (zich)zelf niet stuurt. Het zijn vaardigheden dus je kunt er vaardiger in worden.
Kinderen leren vooral door voorbeeld, maar deze executieve vaardigheden spelen zich grotendeels af buiten hun gezichtsveld. Ze hebben geen makkelijk herkenbare naam en worden niet als iets aangemerkt waarin je zou moeten oefenen. Vaak worden deze vaardigheden op school en ook door ouders gezien als eigenschappen of zwakke kanten van een kind. En daarmee is de zaak dan afgedaan. Deze leerling kan niet nadenken voordat hij handelt, of dit meisje kan zich slecht concentreren.
Zet het woord NOG erbij en zin die een kind wegzet wordt ineens een begin van een ontwikkeling: deze leerling kan NOG niet nadenken voordat hij handelt. Door het woordje nog ertussen te plaatsen, ontstaat vanzelf de vraag wat een kind dan nodig heeft om het wel te kunnen.
Stappen voor verbetering
Respons-inhibitie zegt de meeste kinderen (en volwassenen) niet zoveel. En als je al niet begrijpt wat het is, hoe moet je er dan beter in worden? Als het tijdens een coachingstraject over respons-inhibitie gaat (en dat gaat het eigenlijk altijd) dan gebruik ik voor kinderen herkenbare en visuele middelen. Daarbij volg altijd de stappen:
Waarom zou je er beter in willen worden?
Wat doe je nu wat niet goed werkt voor jou?
Hoe kun je het anders doen zodat het beter werkt?
Illustreer deze stappen met tekeningen, toneelstukjes, voorbeelden uit het leven van het kind en misschien verhalen uit je eigen leven en huppakee er staat ineens een overzichtelijk trapje van de oude situatie (ik kon het nog niet) naar de nieuwe (ik kan het)
Dan zijn we er natuurlijk nog niet. De stapjes op het trappetje zetten is moeilijk en daar is veel aanmoediging en ruimte voor foutjes bij nodig. Maar dan als de bovenste trede is bereikt, ervaart het kind iets wat hij daarvoor niet had: grip!
Ik hoor vaak als ik uitleg wat ik voor werk doe: 'ja, dat kan ik als volwassene nog niet eens!' Klopt, maar dat betekent niet dat kinderen het niet kunnen leren. Sterker nog, kinderen leren veel sneller en makkelijker dan volwassenen.
Grip op jezelf zorgt ervoor dat je kunt laten zien wat je kan, dat kun je niet vroeg genoeg leren!